Welzijn van de werknemers

De werkgever die gedetacheerde werknemers in België tewerkstelt, is verplicht te waken over het welzijn van deze werknemers tijdens de uitoefening van hun werkzaamheden in België. Elke werkgever (uit het buitenland of niet) is verplicht de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en de codex over het welzijn op het werk na te leven zodra hij werknemers in België tewerkstelt, ongeacht zijn vestigingsplaats (of het feit dat hij niet over een vaste onderneming in België beschikt), de nationaliteit van de werknemer of de duur van diens tewerkstelling in België. Dit geldt voor alle strafbare verplichtingen met betrekking tot de welzijnswet, dus zowel de verplichtingen die op de arbeidsplaats gelden (bv. collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen, signalering, hygiëne, enz.) als de organisatorische verplichtingen (interne en, eventueel, externe dienst), als de verplichtingen met betrekking tot het gezondheidstoezicht.

Wanneer werknemers in België worden gedetacheerd, is de werkgever verplicht alle arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden voor het aldaar verrichte werk te eerbiedigen, die zijn vastgelegd in wettelijke voorschriften die strafbaar zijn bij wet (art. 5 §1 van de wet van 5 maart 2002). Aangezien de welzijnswet van 4 augustus 1996 en de uitvoeringsbesluiten ervan voorzien in arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden op het gebied van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers en de verplichtingen van de werkgever worden gesanctioneerd, is een werkgever die werknemers in België detacheert in de zin van de wet van 5 maart 2002, verplicht de door de welzijnswet opgelegde verplichtingen voor de werkgever na te leven.

Hij moet de nodige maatregelen treffen ter bevordering van hun welzijn, teneinde arbeidsongevallen en beroepsziekten te voorkomen. Hij moet ervoor zorgen dat zijn beleid ter preventie van beroepsrisico's op deze werknemers van toepassing is.

De betrokken werknemers zijn :

  1. de personen die krachtens een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten;
  2. de personen die, anders dan krachtens een arbeidsovereenkomst, arbeid verrichten onder het gezag van een ander persoon;
  3. de leerlingen en studenten die een studierichting volgen waarvan het opleidingsprogramma voorziet in een vorm van arbeid die in de onderwijsinstelling wordt verricht;
  4. de personen verbonden door een leerovereenkomst;
  5. de stagiairs;
  6. de personen die een beroepsopleiding volgen waarvan het studieprogramma voorziet in een vorm van arbeid die al dan niet in de opleidingsinstelling wordt verricht.

De domeinen van welzijn hebben betrekking op:

  • de arbeidsveiligheid;
  • de bescherming van de gezondheid van de werknemer op het werk;
  • de psychosociale aspecten van het werk;
  • de ergonomie;
  • de arbeidshygiëne;
  • de verfraaiing van de arbeidsplaatsen;
  • de maatregelen van de onderneming inzake leefmilieu (wat betreft hun invloed op de andere punten).

Het beleid van de werkgever inzake de preventie van beroepsrisico's maakt deel uit van een geïntegreerde en planmatige aanpak in een dynamisch risicobeheersysteem dat vier etappes omvat: de uitwerking van het beleid, dat vooral de doelstellingen en de benodigde middelen bepaalt, de programmatie van het beleid, dat vooral de toe te passen methodes, de opdrachten, de verplichtingen en de middelen van de betrokkenen bepaalt, de uitvoering van het beleid en de evaluatie ervan.

Om de doelstellingen van zijn beleid te kunnen bepalen, moet de werkgever zich bewust zijn van de risico's die zijn werknemers lopen en meer bepaald van de risico's die zijn gedetacheerde werknemers in België lopen. Daartoe moet de werkgever de risico's analyseren.

De risicoanalyse gebeurt op drie niveaus: de organisatie in haar geheel, elke groep van werkposten of functies en het individu zelf. De werkpost van de gedetacheerde werknemer moet daarom worden onderworpen aan een risicoanalyse.

Op basis van deze analyse worden preventieve maatregelen vastgesteld die op het niveau van de organisatie in haar geheel, elke groep van werkposten of functies en het individu zelf worden genomen met het oog op het voorkomen van risico's, het voorkomen van schade of het beperken ervan.

Deze materie wordt geregeld door de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, ten uitvoer gelegd door de codex over het welzijn op het werk. Deze strafwetgeving is van toepassing op elke werkgever die werknemers in dienst heeft op het Belgische grondgebied. Het betreft de omzetting in Belgisch recht van de kaderrichtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk, alsmede van bijzondere richtlijnen met betrekking tot bepaalde risico's.

In de praktijk valt de concrete beoordeling van de toepassing van de welzijnswetgeving voor gedetacheerde werknemers onder de bevoegdheid van de inspectiedienst Toezicht op het Welzijn op het Werk, die rekening houdt met de concrete omstandigheden waarin het werk wordt uitgevoerd.

Meer informatie

Meer informatie op deze website onder het thema Welzijn op het werk over: