De leden van de hiërarchische lijn
Op deze pagina
Rol
De leden van de hiërarchische lijn zijn de personen, van hoog tot laag in de onderneming of instelling, die op een of andere wijze gemachtigd zijn om bevelen te geven aan de werknemers.
Ze voeren, elk binnen de grenzen van hun bevoegdheid en op hun niveau, het beleid van de werkgever op het vlak van de preventie van psychosociale risico’s op het werk uit.
In dit kader hebben ze de volgende taken:
- Voorstellen doen voor preventiemaatregelen en adviezen verstrekken aan de werkgever over de toepassing van deze maatregelen.
- Incidenten van psychosociale aard onderzoeken en maatregelen voorstellen om dergelijke incidenten in de toekomst te vermijden.
- Waken over de naleving van de instructies die werden gegeven aan de werknemers.
- Zich ervan vergewissen dat de werknemers de inlichtingen die zij gekregen hebben goed begrijpen en in praktijk brengen.
- Problemen van psychosociale aard verbonden aan het werk opsporen en waken over de tijdige behandeling ervan met het oog op het voorkomen van schade.
Dit betekent niet dat de leden van de hiërarchische lijn zelf alle leed verbonden aan het werk moeten oplossen.
Bij individuele problemen moeten zij de werknemer aanspreken, naar hem luisteren en hem informeren over de mogelijkheden die bestaan voor het oplossen van zijn problemen. Zij kunnen deze problemen op elk moment met hun hiërarchische meerdere bespreken of hierover het advies van de preventiedienst vragen.
Bij collectieve problemen, wanneer een gevaar van psychosociale aard wordt vastgesteld op het niveau van een specifieke arbeidssituatie (bijvoorbeeld binnen een bepaalde dienst), kunnen zij de werkgever vragen een risicoanalyse uit te voeren.
De leden van de hiërarchische lijn oefenen een vorm van gezag uit over de werknemers. De manier waarop zij dit gezag uitoefenen kan een belangrijke rol spelen in de preventie van psychosociale risico’s op het werk. Een goede leiderschapsstijl, aandacht voor de werknemers en de organisatie van het werk kunnen heel wat stress en conflicten voorkomen.
Leidinggevenden vervullen eveneens een voorbeeldfunctie en het minste wat er van hen verwacht kan worden is dat ze geen misbruik maken van hun gezag en dus ook niet overgaan tot pesterijen.
Informatie en opleiding
De leden van de hiërarchische lijn krijgen informatie en een opleiding over dezelfde onderwerpen als de werknemers maar de inhoud van deze informatie en opleiding zal worden aangepast aan hun positie binnen de onderneming, in het bijzonder op het vlak van de preventiemaatregelen.
De leden van de hiërarchische lijn moeten dus geïnformeerd worden over:
- de resultaten van de risicoanalyse a priori;
- de resultaten van de evaluatie van de preventiemaatregelen;
- de dienst die psychologische ondersteuning biedt aan slachtoffers van geweld door derden.
Ze moeten geïnformeerd en opgeleid worden over:
- de toepasselijke preventiemaatregelen;
- de procedures die toegankelijk zijn voor de werknemers;
- het verzoek tot risicoanalyse van een specifieke arbeidssituatie;
- het recht om een verklaring te doen acteren in het register van feiten van derden;
- de verplichting om zich te onthouden van onrechtmatige gedragingen.
- In de eerste plaats bij de preventieadviseur van de interne en/of de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk.
- In de tweede plaats bij de bevoegde regionale directie van het Toezicht op het Welzijn op het Werk.
- Over de interpretatie van de regelgeving: schriftelijk bij de Algemene Directie Humanisering van de Arbeid.