Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk en vervangingsovereenkomsten

Vanaf 8 mei 2023 (datum van inwerkingtreding van artikel 11quater van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten) is de opeenvolging van één of meerdere arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk en één of meerdere vervangingsovereenkomsten zonder dat er een onderbreking is, toe te schrijven aan de werknemer, onderworpen aan een beperking in de tijd. Deze beperking geldt voor de overeenkomsten gesloten vanaf deze datum, met dien verstande dat ook de hieraan voorafgaande overeenkomsten in de opeenvolging in aanmerking moeten worden genomen.

Deze beperking doet geen afbreuk aan de bestaande regels inzake de opeenvolging van (uitsluitend) arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk en de opeenvolging van (uitsluitend) vervangingsovereenkomsten, die tegelijkertijd van toepassing blijven. Daarnaast moet bijkomend rekening gehouden worden met deze beperking.

De totale duur van voormelde opeenvolging van arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk en vervangingsovereenkomsten mag niet langer zijn dan twee jaar.

Wordt deze duur overschreden, dan gelden voor die overeenkomst dezelfde voorwaarden als voor de overeenkomst voor onbepaalde tijd.

Op deze basisregel bestaat één uitzondering.

Voor de toepassing ervan wordt eenmalig buiten beschouwing gelaten, de vervangingsovereenkomst die voldoet aan de volgende voorwaarden:

1. de vervangingsovereenkomst volgt op verschillende arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk die gerechtvaardigd zijn wegens de aard van het werk of wegens andere wettige redenen, en,
2. de totale duur van de opeenvolging van deze gerechtvaardigde arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk en deze vervangingsovereenkomst mag niet langer zijn dan drie jaar.

D.w.z. dat voor de berekening van de maximale duur van twee jaar die in dit kader van toepassing is, geen rekening moet worden gehouden met de eerste vervangingsovereenkomst die aan deze voorwaarden voldoet.

Voorbeeld:

De werknemer en de werkgever sluiten, zonder onderbreking toe te schrijven aan de werknemer, de volgende opeenvolgende arbeidsovereenkomsten:

1. een overeenkomst voor een bepaalde tijd van 6 maanden;
2. een overeenkomst voor een bepaalde tijd van 6 maanden (opeenvolging gerechtvaardigd wegens de aard van het werk);
3. een vervangingsovereenkomst van 24 maanden;
4. een overeenkomst voor een bepaalde tijd van 12 maanden.

De vervangingsovereenkomst (3) mag buiten beschouwing worden gelaten. Enerzijds volgt deze op verschillende overeenkomsten voor een bepaalde tijd (1 en 2) waarvan de opeenvolging gerechtvaardigd is wegens de aard van het werk. Anderzijds is de totale duur van de opeenvolging van deze overeenkomsten (1, 2 en 3) niet langer dan drie jaar. Aan beide voorwaarden is dus voldaan.

Voor de berekening van de maximale duur van de opeenvolging moet bijgevolg enkel rekening worden gehouden met de overeenkomsten 1, 2 en 4. De totale duur van deze overeenkomsten bedraagt twee jaar. Aangezien de maximale duur bereikt is, kan geen nieuwe opeenvolgende overeenkomst gesloten worden (zonder dat de voorwaarden voor de overeenkomst voor onbepaalde tijd zullen gelden).