Actieve informatieverstrekking aan het publiek

Op deze pagina

    Met de derde Sevesorichtlijn werd de verplichting om actief informatie te verstrekken over de Seveso-inrichtingen sterk uitgebreid.

    In het samenwerkingsakkoord is deze taak toegewezen aan de overheidsdiensten.

    Van alle Seveso-inrichtingen moet op een permanente en elektronische wijze de volgende gegevens ter beschikking gesteld worden van het publiek:

    • de naam en het adres van de inrichting
    • een korte omschrijving van de activiteit van de inrichting
    • informatie over de aard van aanwezige gevaarlijke stoffen
    • algemene informatie over de alarmering en informering van de bevolking bij noodsituaties
    • datum van het laatste inspectiebezoek ter plaatse in kader van het Seveso-inspectieprogramma

    Voor de hogedrempelinrichtingen wordt dit aangevuld met onder meer:

    • algemene informatie over de aard van de risico’s van zware ongevallen en de voornaamste soorten scenario’s en controlemaatregelen
    • passende inlichtingen uit het extern noodplan.

    Het samenwerkingsakkoord legt voor elk van deze gegevens de overheidsdienst vast die voor de beschikkingstelling moet zorgen. Het permanent overlegorgaan tussen de federale en gewestelijke overheidsdiensten (Samenwerkingscommissie Seveso-Helsinki) heeft een nationale portaalwebsite www.seveso.be opgezet, zodat het publiek op een snelle en eenvoudige wijze toegang heeft tot alle nodige informatie.

    In kader van de externe noodplanning (hogedrempelinrichtingen) worden de personen die kunnen getroffen worden door een zwaar ongeval tevens regelmatig en ambtshalve geïnformeerd over de veiligheidsmaatregelen en de te volgen gedragsregels. Naast de omwonenden vat deze preventieve informatieverstrekking ook de door het publiek bezochte gebouwen en gebieden, zoals scholen en ziekenhuizen en nabijgelegen bedrijven. Deze informatieverstrekking is een taak voor de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en gebeurt onder meer via "Seveso-informatiecampagnes". De informatie moet om de vijf jaar opnieuw verstrekt worden.