Keuze voor de informele weg: het verzoek tot informele psychosociale interventie

Op deze pagina

    Wanneer de werknemer kiest om gebruik te maken van de informele weg, dient hij bij de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten een verzoek tot informele psychosociale interventie in.

    Deze interventie bestaat erin op informele wijze te zoeken naar een oplossing door middel van het voeren van gesprekken, een interventie bij een andere persoon van de onderneming of een verzoeningspoging.

    Het type interventie gekozen door de werknemer wordt opgenomen in een document “Verzoek tot informele psychosociale interventie (DOCX, 24.12 KB)” dat wordt ondertekend en gedateerd door de tussenkomende persoon en de verzoeker, die daarvan een kopie ontvangt.

    Tijdens de informele fase:

    • kunnen de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten, aan de personen die deelnemen aan de interventie, de informatie meedelen die pertinent is voor het goede verloop van deze interventie;
    • hebben de partijen geen toegang tot de persoonlijke notities die tijdens de interventie worden opgesteld door de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten;
    • hebben de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten niet als taak te rapporteren aan de werkgever en hebben zij dus ook niet de taak om getuigen te horen of personen die deel uitmaken van de dienst van de verzoeker te ondervragen;
    • is de verzoeker beschermd tegen represailles vanwege de werkgever wanneer hij geweld of pesterijen die verband houden met een discriminatiegrond (zoals nationale of etnische afstamming, geslacht, handicap, leeftijd, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, seksuele geaardheid, …) of ongewenst seksueel gedrag aankaart. Hij geniet in dat geval de bescherming tegen represailles zoals geregeld in de antidiscriminatiewetgeving.

    Gesprekken

    De verzoeker kan in bepaalde gevallen reeds geholpen worden door het louter voeren van persoonlijke gesprekken met de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten.

    Zij onthalen de verzoeker en luisteren actief naar zijn problematiek, waarna ze hem adviseren over mogelijke oplossingen.

    Interventie bij een andere persoon van de onderneming

    De verzoeker kan aan de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten vragen om tussen te komen bij een andere persoon van de onderneming (zoals een hiërarchische meerdere, de werkgever zelf, een lid van de afdeling human resources, …).

    Wat aan deze persoon gevraagd wordt kan zeer gevarieerd zijn en hangt af van het specifieke geval.

    Het zou erin kunnen bestaan de andere persoon te vragen maatregelen te treffen op het niveau van de arbeidsorganisatie (zoals de functiebeschrijving), de arbeidsomstandigheden (bijvoorbeeld de verdeling van de werknemers over de kantoorruimte) of een onderhoud te hebben met de persoon waarmee de verzoeker een conflict heeft.

    Wanneer zich een collectief probleem voordoet, kan de informele interventie op vraag van de verzoeker ook op collectief niveau gebeuren, waarbij de hiërarchische lijn van de betrokken dienst wordt betrokken. Hiertoe moet de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten wel over de nodige bekwaamheden beschikken.

    De vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten kan slechts tussenkomen bij de andere persoon van de onderneming na schriftelijk akkoord van de verzoeker.

    Verzoening

    De verzoeker kan aan de vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten vragen om een verzoeningsprocedure op te starten met de andere rechtstreeks betrokken persoon.

    De bedoeling van de verzoeningsprocedure bestaat erin aan beide partijen de nodige verantwoordelijkheidszin bij te brengen door hen de gelegenheid te bieden om de zaak uit te praten en naar elkaar te luisteren, om zo te komen tot een akkoord met respect voor de belangen van beide partijen.

    De verzoening vereist niet noodzakelijk een ontmoeting tussen de twee partijen. De vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten kunnen dit verzoeningsproces ook voeren door met elk individu afzonderlijk gesprekken te voeren.

    De werkgever zal op de hoogte gebracht worden van de problematiek indien de verzoeker hier uitdrukkelijk om vraagt of wanneer de tussenkomst van de werkgever nodig is voor de uitvoering van het akkoord tussen de verzoeker en de andere persoon die rechtstreeks betrokken is bij de problematiek. Zo niet kan de verzoening plaatsvinden zonder dat de werkgever op de hoogte is.

    Einde van de informele fase

    Deze fase is beëindigd wanneer er een positieve uitkomst is.

    Ze is ook beëindigd wanneer er geen resultaat wordt bereikt of wanneer de verzoeker aan de informele fase een einde wenst te stellen vooraleer ze volledig afgehandeld is. In die gevallen kan hij kiezen voor de formele weg door een verzoek tot formele psychosociale interventie in te dienen.