Kunstmatige optische straling
Op deze pagina
Deze materie wordt geregeld in titel 6 betreffende de kunstmatige optische straling van boek V van de codex over het welzijn op het werk.
Het begrip optische straling
De term “optische straling” omvat infrarode straling, zichtbare straling en ultraviolette straling, zowel onder de vorm van niet-coherente straling als van laserstraling. Dergelijke straling veroorzaakt schade aan ogen en huid, zowel op korte (bijvoorbeeld verbranding) als op lange (bijvoorbeeld huidkanker) termijn. Deze titel is enkel van toepassing op kunstmatige stralingsbronnen en niet op zonlicht.
Verplichtingen van de werkgever
De werkgever dient de risico's voor de veiligheid en gezondheid van de werknemers, die het gevolg zijn van de blootstelling aan kunstmatige optische straling tijdens het werk, te evalueren en de nodige preventiemaatregelen te nemen. Hiertoe moet de werkgever onder meer aandacht besteden aan het niveau, de aard en de duur van de blootstelling; de grenswaarden voor de blootstelling; de werknemers die tot bijzonder gevoelige risicogroepen behoren; de wisselwerking tussen optische straling en fotosensibiliserende chemicaliën en relevante informatie verkregen uit gezondheidstoezicht. Bij de beoordeling van de blootstelling mag de werkgever rekening houden met de door de producent van de arbeidsmiddelen verstrekte informatie.
Werknemers die aan de risico’s van kunstmatige optische straling blootgesteld worden, moeten de nodige voorlichting en opleiding ontvangen en onderworpen worden aan een passend gezondheidstoezicht.
Relevante parameters voor blootstelling
In de bijlagen van titel 6 van boek V van de codex zijn relevante parameters voor blootstelling met bijbehorende grenswaarden opgenomen, enerzijds voor bronnen van niet-coherente optische straling (bijvoorbeeld lampen, smeltovens, lasbogen, etc.) en anderzijds voor lasers.
Gezien de technische complexiteit van deze materie zijn bijkomende praktische richtlijnen wenselijk. De Europese Commissie heeft daarom een praktische handleiding ontwikkeld. Die handleiding laat de gebruiker toe om in een aantal logische opeenvolgende stappen een risicobeoordeling en een bepaling van de blootstelling uit te voeren, waarbij optimaal gebruik wordt gemaakt van de door de fabrikant gegeven informatie. In bijlage worden een aantal concrete gevallen behandeld: o.a. medische toepassingen, kantooromgeving, industrieën waar bij zeer hoge temperaturen wordt gewerkt, ...).
Raadpleeg of bestel die handleiding via de EU Bookshop website van de Europese Unie: Niet-bindende gids van goede praktijken voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2006/25/EG "kunstmatige optische straling"
Blootstelling van werknemers aan natuurlijke optische straling (zonnestraling)
Blootstelling van werknemers aan natuurlijke optische straling valt niet onder het toepassingsgebied van titel 6 van boek V van de codex. Toch is dit ook een risico waartegen werknemers beschermd moeten worden: op basis van de welzijnswet dienen werknemers immers beschermd te worden tegen alle risico’s, dus ook tegen de risico’s van blootstelling aan zonnestraling.
Advies van de Hoge Raad voor preventie en bescherming op het werk
- Codex boek V titel 6 (PDF, 390.16 KB)
- Kunstmatige optische straling
- In de eerste plaats bij de preventieadviseur van de interne en/of de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk.
- In de tweede plaats bij de bevoegde regionale directie van het Toezicht op het Welzijn op het Werk.
- Over de interpretatie van de regelgeving: schriftelijk bij de Algemene Directie Humanisering van de Arbeid.