Informatie- en raadplegingsverplichtingen

Op deze pagina

    De informatie- en raadplegingsverplichtingen inzake collectief ontslag

    Fase 1: informatie aan de werknemersvertegenwoordigers

    Aan de werknemersvertegenwoordigers

    Van zodra de werkgever het voornemen heeft om tot collectief ontslag over te gaan hij de werknemersvertegenwoordigers hiervan op de hoogte stellen.  Hij moet aan de werknemersvertegenwoordigers (de ondernemingsraad of, bij ontstentenis daarvan, de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis daarvan het comité voor preventie en bescherming op het werk, of, bij ontstentenis daarvan de werknemers) alle nuttige gegevens verstrekken en hun in elk geval een geschreven document voorleggen dat tenminste melding maakt van :

    • de redenen van de voorgenomen ontslagen;
    • het aantal en de categorieën van de betrokken werknemers;
    • het aantal en de categorieën van werknemers die hij gewoonlijk tewerkstelt;
    • de periode tijdens dewelke tot ontslag zal worden overgegaan;
    • de beoogde criteria die zullen worden gehanteerd bij het selecteren van de werknemers die in aanmerking komen voor ontslag;
    • de berekeningswijze van eventuele afvloeiingsuitkeringen die niet krachtens de wet of een collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigd zijn.

    Aan de overheid 

    De werkgever moet een afschrift van deze schriftelijke mededeling sturen naar de directeur van de subregionale tewerkstellingsdienst (VDAB/FOREM of Actiris) van de plaats waar de onderneming gevestigd is.

    Nieuw is dat vanaf nu het afschrift van deze mededeling ook aan de federale overheid moet worden overgemaakt. De federale overheid heeft deze gegevens namelijk nodig om voordelen toe te kunnen kennen die gepaard gaan met de verplichting om een tewerkstellingscel op te richten. Zonder deze notificatie kan de betrokken werkgever immers niet worden erkend als werkgever in herstructurering. De melding aan de overheid kan gebeuren via een per post aangetekend schrijven, per fax of per elektronische post.

    De FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg geeft de verkregen informatie intern en extern door aan andere bij herstructurering betrokken instellingen en diensten.

    E-mail:             herstructurering@werk.belgie.be 

    Fax:                 02/233.48.21
    Adres:             FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
                           Aan de Voorzitter van het Directiecomité
                           Ernest Blérotstraat 1
                           B 1070 Brussel

    Om er zeker van te zijn dat de informatie aan werknemers én aan de betrokken overheidsinstanties volledig is, kan het formulier "Aankondiging collectief ontslag" (DOC, 81.5 KB) worden gebruikt. Dit formulier kan worden aangewend voor de informatieverstrekking aan alle vernoemde belanghebbenden.

    Fase 2: consultatie van  de werknemersvertegenwoordigers

    Tijdens een vergadering met de werknemersvertegenwoordigers (ondernemingsraad/vakbondsafvaardiging/het comité voor preventie en bescherming op het werk/werknemers) geeft de werkgever (best ten vroegste één dag na de overlegging van het geschreven document) een mondelinge uiteenzetting waarin de inhoud van dit geschreven document wordt toegelicht. Deze schriftelijke en mondelinge inlichtingen moeten de werknemersvertegenwoordigers in staat stellen opmerkingen en suggesties te formuleren. Het is op basis van deze inlichtingen dat zij door de werkgever zullen worden geraadpleegd.

    De werkgever moet de werknemersvertegenwoordigers (ondernemingsraad/vakbondsafvaardiging/werknemers) raadplegen over de mogelijkheden om het collectief ontslag te voorkomen of te verminderen en over de mogelijkheid om de gevolgen van de ontslagen te verzachten (sociale begeleidingsmaatregelen met het oog op de herplaatsing of de omscholing van de ontslagen werknemers). De werknemersvertegenwoordigers kunnen vragen stellen, voorstellen doen of bemerkingen maken.

    De werkgever onderzoekt deze vragen, voorstellen of bemerkingen en beantwoordt ze.

    Opm. : Nergens in de wetgeving inzake collectief ontslag wordt een akkoord tussen de werkgever en de werknemersvertegenwoordigers aangaande het collectief ontslag of het voorhanden zijn van een sociaal begeleidingsplan vereist of als voorwaarde gesteld.

    Fase 3: Kennisgeving van het voornemen tot collectief ontslag

    Na het overleg met de werknemersvertegenwoordigers moet de werkgever het eventueel aangepaste definitieve voornemen tot collectief ontslag bij aangetekende brief ter kennis brengen van de directeur van de subregionale tewerkstellingsdienst van de plaats waar de onderneming gevestigd is (dag X).

    Kopie van deze mededeling moet ook hier worden overgemaakt aan de FOD WASO. 

    De FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg geeft de verkregen informatie intern en extern door aan andere bij herstructurering betrokken instellingen en diensten.

    E-mail:             herstructurering@werk.belgie.be 
    Fax:                 02/233.48.21
    Adres:              FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
                            Aan de Voorzitter van het Directiecomité
                            Ernest Blérotstraat 1
                            B 1070 Brussel

    Om de informatie aan werknemers én aan de betrokken overheidsinstanties volledig is, kan het formulier "Betekening van het collectief ontslag" (DOC, 78.5 KB) worden gebruikt.Dit formulier kan worden aangewend voor de informatieverstrekking aan alle hier vernoemde belanghebbenden.

    Deze kennisgeving moet de volgende gegevens vermelden :

    • de administratieve gegevens van de onderneming (naam, adres en aard van de activiteit van de onderneming, het paritair comité waaronder de onderneming ressorteert);
    • het aantal werknemers dat gewoonlijk wordt tewerkgesteld;
    • de redenen van de voorgenomen ontslagen;
    • het aantal betrokken werknemers (ingedeeld naar geslacht, leeftijdsgroep, beroepscategorie en afdeling);
    • de periode waarover het ontslag zal plaatsvinden.
    • In de kennisgeving moet bovendien bevestigd worden en melding gemaakt worden van het bewijs dat de vier volgende voorwaarden door de werkgever vervuld werden :
    1. aan de werknemersvertegenwoordigers een schriftelijk verslag hebben voorgelegd waarin zij van zijn voornemen om tot een collectief ontslag over te gaan op de hoogte werden gebracht;
    2. omtrent dit voornemen met deze werknemersvertegenwoordigers hebben vergaderd;
    3. de werknemersvertegenwoordigers de mogelijkheid hebben geboden om vragen te stellen in verband met het voorgenomen collectief ontslag en om in dat verband argumenten te formuleren of tegenvoorstellen te doen;
    4. hij moet deze vragen, argumenten en tegenvoorstellen hebben onderzocht en beantwoord. 

    Op de dag van de verzending van de kennisgeving moet de werkgever hiervan een afschrift:

    • aanplakken in de onderneming;
       
    • zenden aan de werknemersvertegenwoordigers (de ondernemingsraad of, bij ontstentenis daarvan, de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis daarvan, de vakorganisaties die in het bevoegde paritaire comité zijn vertegenwoordigd), die hun eventuele opmerkingen kunnen richten aan de directeur van de subregionale tewerkstellingsdienst;
       
    • zenden (bij aangetekende brief) aan de werknemers die in het kader van het collectief ontslag ontslagen zijn en waarvan de arbeidsovereenkomst op de dag van de aanplakking reeds een einde heeft genomen;
       
    • Binnen een termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de in punt (7) bedoelde kennisgeving (X tot X+30) kunnen de werknemersvertegenwoordigers, die geïnformeerd en geraadpleegd dienden te worden, bezwaren bekendmaken aan de werkgever omtrent de naleving van de procedure.

    De informatie- en raadplegingsverplichtingen inzake sluiting van de onderneming

    Wanneer een werkgever besloten heeft over te gaan tot de sluiting van de onderneming of een afdeling ervan, moet hij onverwijld bepaalde voorafgaande inlichtingen, opgenomen in een formulier, te verstrekken aan de federale en regionale instanties die hieronder worden vermeld.

    Deze informatie moet eveneens worden meegedeeld aan de ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging en aan door aanplakking aan alle werknemers.

    Deze voorafgaande informatieverplichting is enkel van toepassing voor zover de onderneming of afdeling van de onderneming gemiddeld ten minste 20 werknemers tewerkstelt gedurende de 4 trimesters die het trimester voorafgaan waarin de definitieve stopzetting heeft plaatsgehad.

    Deze verplichting is niet van toepassing op:

    • een onderneming zonder handels- of industriële finaliteit,
    • een beoefenaar van een vrij beroep
    • Op werkgevers waarvan de onderneming ressorteert onder de volgende paritaire comités: P.C. 113, P.C. 120.03, P.C. 133. Deze paritaire comités hebben specifieke informatie methodes voor hun sector vastgelegd. Hierover vindt u meer informatie in onderstaande tabellen:
    Paritaire comités 113, 120.03 en 133
    PC  Sector K.B./B.S.  C.A.O.  In werking treding 
    PC 113  Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf  K.B. 10.10.2005
    B.S. 14.12.2005 
    C.A.O. van 19.04.2004 

    19 april 2004
    onbepaald 

     PSC 120.03  Paritair Subcomité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen  K.B. 05.05.2004
    B.S. 29.06.2004 
    C.A.O. van 16.12.2003  1 januari 2004
    onbepaald 
     PC 133 Paritair Comité voor het tabaksbedrijf  K.B.28.09.2005
    B.S. 26.10.2005 
    C.A.O. van 02.04.2004  2 april 2004
    onbepaald 


    Het ingevulde formulier "Sluiting van een onderneming" (DOC, 204.5 KB) moet per aangetekende brief, per fax of via elektronische verzending naar volgende personen gestuurd worden:

    In alle gevallen naar:

    E-mail:             herstructurering@werk.belgie.be 
    Fax:                 02/233.48.21
    Adres:              FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
                            Algemene Directie Individuele Arbeidsbetrekkingen
                            Ernest Blérotstraat 1
                            B 1070 Brussel

    Afhankelijk van de vestigingsplaats van uw onderneming:

    Het Brusselse Gewest:
    E-mail:            info.eco@mbhq.irisnet.be 
    Adres:            De Heer Minister van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
                          Bestuur Economie en Werkgelegenheid
                          Kruidtuinlaan 20
                          B 1035 Brussel           

    Het Waalse Gewest:

    E-mail :              i.marchal@mrw.wallonie.be   
    Fax :                  081/234.122
    Adres:                Mr le Ministre de la Région Wallonne,
                              Ministre de l’Economie et de l’emploi
                              1, Place des Célestines
                              B 5000 Namur
              
    Het Vlaamse Gewest:

    E-mail:    sluiting.onderneming@vlaanderen.be
    Fax:        02/553.60.07
    Adres:    Departement Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI)
                  Koning Albert II-laan 35
                  1030 Brussel 

    E-mail:    regionaletoetsing@vlaanderen.be
    Adres:    Departement Werk & Sociale Economie
                  Afdeling Werkgelegenheidsbeleid - Cel Regionale toetsing 
                  Ellipsgebouw 
                  Koning Albert II-laan 35 bus 20
                  1030 Brussel
     
    Opmerkingen :  

    Bij het invullen van het formulier, dient u met volgende begrippen rekening te houden : 

    • Het begrip onderneming : onder ‘onderneming’, wordt technische bedrijfseenheid verstaan, deze wordt bepaald op grond van economische en sociale criteria, in geval van twijfel primeren deze laatste. Het is mogelijk dat de technische bedrijfseenheid niet overeenstemt met de juridische entiteit, dit is het geval wanneer een bedrijfszetel gekenmerkt wordt door een bepaalde economische zelfstandigheid.
       
    • Onder ‘afdeling van de onderneming’ wordt een georganiseerd geheel van personen en activa verstaan waarmee een economische activiteit met een eigen doelstelling kan worden uitgeoefend . 
       
    • het begrip ‘sluiting van een onderneming’ : er is sprake van sluiting van een onderneming wanneer twee voorwaarden cumulatief vervuld zijn: 
       
      • de hoofdactiviteit van de onderneming moet definitief zijn stopgezet;
      • het aantal nog tewerkgestelde werknemers in de onderneming moet gedaald zijn tot beneden 25% van het aantal werknemers dat er gemiddeld was tewerkgesteld tijdens de 4 trimesters die het trimester voorafgaan waarin de definitieve stopzetting heeft plaatsgehad.

    De informatie en de participatie van de werknemers in de faillissementsprocedure

    In geval van aangifte van de schuldenaar

    Artikel 9 van de faillissementswet van 8 augustus 1997 voorziet dat "de koopman verplicht is binnen een maand nadat hij opgehouden heeft te betalen, daarvan aangifte te doen ter griffie van de bevoegde rechtbank".

    Het artikel preciseert dat uiterlijk op het moment van de aangifte, de aangifte alsmede de gegevens tot staving van de staat van faillissement moeten worden meegedeeld aan de ondernemingsraad of, indien er geen is, aan het comité voor preventie en bescherming op het werk of, indien er geen is, aan de vakbondsafvaardiging ingeval er één is opgericht of, indien er geen is, aan een werknemersafvaardiging. Deze aangifte en deze gegevens worden daar besproken. Er is geen specifieke sanctie voorzien in geval deze verplichting niet wordt nageleefd.

    Er weze herinnerd aan de bepalingen van het koninklijk besluit van 27 november 1973 houdende reglementering van de economische en financiële inlichtingen te verstrekken aan de ondernemingsraden en van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 van 9 maart 1972 houdende ordening van de in de Nationale Arbeidsraad gesloten nationale akkoorden en collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden.

    Aanwezigheid van een ondernemingsraad

    De ondernemingsraad moet geïnformeerd worden over de economische en financiële factoren en hun economische, financiële en sociale weerslag, telkens er zich gebeurtenissen voordoen die voor de onderneming belangrijke gevolgen kunnen hebben.

    In geval van sluiting of belangrijke structuurwijziging van de onderneming, is de werkgever verplicht de werknemersvertegenwoordigers in de ondernemingsraad in te lichten over tewerkstellingsproblemen.

    Daarna dient de ondernemingsraad geraadpleegd te worden over de middelen die moeten worden aangewend om de afdankingen en mutaties te vermijden die de beroeps- of sociale teruggang van de werknemers meebrengen, over de programma's van collectieve afdankingen, overhevelingen en mutaties, over de te nemen sociale maatregelen, over de schikkingen die moeten getroffen worden om tot de spoedige wedertewerkstelling en de sociale en beroepsomscholing te komen alsook, in het algemeen, over alle maatregelen die moeten worden genomen met het oog op de optimale benutting van het menselijk potentieel.

    De verstrekte inlichtingen en de raadpleging moeten de ondernemingsraad in staat stellen om met kennis van zaken tot een debat te komen tijdens hetwelk zijn leden meningen, voorstellen of kritieken zouden kunnen formuleren. Indien de inlichtingen schriftelijk werden verstrekt, dienen zij te worden aangevuld door een mondelinge toelichting van de werkgever. Deze laatste deelt, hetzij onmiddellijk hetzij tijdens de volgende vergadering, mede welk gevolg hij denkt te geven of gegeven heeft aan de meningen, voorstellen en kritieken die werden geformuleerd.

    De ondernemingsraad dient te worden geïnformeerd op een gepast tijdstip en vóór elke bekendmaking. Dergelijke informatie moet dus vooraf gebeuren, d.i. vóór de beslissing openbaar wordt gemaakt en van toepassing wordt.

    De collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit, en het koninklijk besluit van 27 november 1973 worden strafrechtelijk gesanctioneerd. Bij niet-naleving van de verplichtingen inzake informatie en consultatie, stelt de werkgever zich bloot aan strafrechtelijke en administratieve sancties.

    Bij ontstentenis van een ondernemingsraad, de vakbondsafvaardiging 

     Artikel 24 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5 van 24 mei 1971 betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging van het personeel der ondernemingen voorziet dat bij ontstentenis van ondernemingsraad, de vakbondsafvaardiging de taken, rechten en opdrachten zal uitoefenen die aan deze raad worden toegekend door artikel 11 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9.

    In geval van voortzetting van de activiteiten 

    Indien het belang van de schuldeisers het toelaat, kan de rechtbank van koophandel, op vraag van de curator of van elke belanghebbende, en na het horen van de personeelsvertegenwoordigers in de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, van het comité voor preventie en bescherming op het werk, of, bij ontstentenis, de vakbondsafvaardiging als deze is opgericht, of, bij ontstentenis, een afvaardiging van het personeel, toelaten dat de commerciële activiteiten van de gefailleerde voorlopig, in hun geheel of gedeeltelijk, worden verdergezet door de curatoren of door de gefailleerde onder toezicht van de curatoren of door een derde.

    Niettemin is het mogelijk dat de situatie hoogdringendheid vereist. In dat geval kan de curator onmiddellijk na het declaratief faillissementsvonnis en in afwachting van de uitspraak van de rechtbank waarover hoger sprake, na overleg met de representatieve vakbondsorganisaties (hiermee worden bedoeld het ABVV, ACV en het ACLVB en de professionele organisaties die hierbij aangesloten zijn) of, bij ontstentenis, met het aanwezige personeel en in het belang van de massa, de voortzetting van de commerciële activiteiten toelaten.

    In geval van overname van activa na faillissement, bij ontstentenis van een ondernemingsraad en vakbondsafvaardiging 

    Artikel 15bis van de CAO nr. 32bis voorziet dat in de ondernemingen waar noch een ondernemingsraad, noch een vakbondsafvaardiging bestaat, de betrokken werknemers in geval van overname van activa na faillissement, door de curator in kennis moeten worden gesteld van:

    • de vastgestelde of voorgenomen datum van de overname van activa;
    • de redenen van de overname van activa;
    • de juridische, economische en sociale gevolgen van de overname van activa voor de werknemers;
    • de ten aanzien van de werknemers overwogen maatregelen.