Algemene principes

Op deze pagina

    Discriminatie

    Discriminatie is alom tegenwoordig in de samenleving en in de ondernemingen. Nochtans is discriminatie wettelijk verboden. Drie wetten vormen voortaan de juridische basis voor de bestrijding van discriminatie.

    • de algemene wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie die de wet vervangt van 25 februari 2003;
    • de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen die de wet vervangt van 7 mei 1999 op de gelijke behandeling van mannen en vrouwen;
    • de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden.

    De algemene wet ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie verbiedt discriminatie op grond van leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, een fysieke of genetische eigenschap of sociale afkomst.

    De wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden verbiedt discriminatie op grond van nationaliteit, een zogenaamd ras, huidskleur, afkomst of nationale of etnische afstamming.

    Deze wettelijke bepalingen zijn van toepassing op de arbeidswereld in het algemeen en op de arbeidsbetrekkingen in het bijzonder., Ongeacht of het daarbij gaat om de toegang tot werk, de arbeidsvoorwaarden of het verbreken van de arbeidsrelaties en dit zowel in de overheids- als in de privé-sector.

    Onder discriminatie wordt elk verschil in behandeling verstaan dat gebaseerd is op leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, fortuin, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, fysieke of genetische eigenschappen en sociale origine (algemene wet ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie), geslacht (wet ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen), nationaliteit, een zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming (wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden).

    Discriminatie kan direct of indirect zijn. Er is sprake van directe discriminatie, wanneer iemand op grond van ras of etnische afstamming ongunstiger wordt behandeld dan een ander in een vergelijkbare situatie wordt, is of zou worden behandeld en dit zonder een in de wet bepaalde objectieve rechtvaardigingsgrond. Discriminatie is indirect wanneer een verschillende behandeling ten aanzien van andere personen een specifiek nadeel met zich kan brengen voor de personen die een beschermd criterium vormen zonder een in de wet bepaalde objectieve rechtvaardigingsgrond.

    Ook het aanzetten tot discriminatie wordt beschouwd als discriminatie. Op gebied van tewerkstelling kan een werkgever in bepaalde gevallen een verschillende behandeling rechtvaardigen met name wanneer het gaat om een doorslaggevende beroepsvereiste of om een objectieve en redelijke rechtvaardiging op grond van de aard van de activiteit of van de omstandigheden waarin ze moet worden uitgevoerd

    Beroepsmogelijkheid

    De werknemer kan zich rechtstreeks wenden tot het Toezicht op de sociale wetten. De inspecteurs zijn gemachtigd om een verzoeningsprocedure in te leiden om een einde te stellen aan de discriminatie. Indien de werkgever weigert een einde aan de discriminatie te stellen, kunnen de inspecteurs in ernstige en flagrante gevallen een proces-verbaal opstellen. Zij zijn er ook toe gemachtigd om een verslag van de feiten op te stellen. De arbeidsrechtbank kan dit document opeisen.

    Personen die het slachtoffer of getuige zijn van daden van discriminatie kunnen een beroep doen op het Centrum voor de gelijkheid van kansen en racismebestrijding. Een team van deskundigen kan informatie verstrekken, situaties analyseren, personen begeleiden naar de bestaande structuren, klachten verzamelen, een verzoening voorstellen of desgevallend een rechtsvordering in uitzicht stellen.

    Ontslagbescherming

    Wanneer ze hun situatie kenbaar maken, hoeven de slachtoffers van discriminatie, de klokkenluiders, de personen die (mondeling of schriftelijk) getuigen en hulp of bijstand verlenen niet te vrezen voor beroepsmatige represailles, de werknemers genieten immers een ontslagbescherming. De werkgever mag hun arbeidsrelatie niet stopzetten, hun arbeidsvoorwaarden niet eenzijdig wijzigen, noch enige andere nadelige maatregel treffen ten aanzien van deze personen.

    De bescherming vangt aan van zodra de werkgever kennisneemt van de melding, de getuigenis of het verlenen van hulp of bijstand, of er redelijkerwijze kennis van had kunnen hebben.“

    Bevordering van diversiteit op het werk

    Daar waar gelijke rechten de doelstelling zelf zijn van de antidiscriminatiewetten, is diversiteit het beleid of het middel om die gelijke rechten te verwezenlijken.

    Discriminatie is nefast voor de goede werking van de bedrijven. Discriminatie is vaak het resultaat van vooroordelen en stereotypen. Om die te bestrijden en als dusdanig discriminatie te voorkomen voeren hoe langer hoe meer bedrijven en werkgevers, zowel openbare als particuliere, een human resources beleid in dat een zo goed mogelijke weerspiegeling van de samenleving is. De diversiteitsbeleidskoersen omvatten meerdere facetten en nemen tal van vormen aan: acties op het stuk van selectie en indienstneming, codes voor goede praktijken, charters, informatieloketten, acties ten behoeve van de doelgroepen.