Aard van de arbeidsrelatie: criteria

Op deze pagina

    Neutrale criteria 

    De neutrale criteria zijn deze die geen enkele invloed mogen hebben op de beoordeling van een arbeidsrelatie, noch in de ene richting (loontrekkende), noch in de andere richting (zelfstandige). Deze criteria stoelen op een aantal juridische elementen die puur vormelijk zijn en die niets zeggen over de wijze waarop de partijen in werkelijkheid hun arbeidsrelatie ten uitvoer brengen. Het gaat met name om: 

    • de titel van de overeenkomst;
    • de inschrijving bij een instelling van sociale zekerheid;
    • de inschrijving bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen;
    • de inschrijving bij de administratie van de BTW;
    • de wijze waarop de inkomsten bij de fiscale administratie worden aangegeven.  

     

    De algemene criteria 

    De algemene criteria laten toe om de aard van de arbeidsrelatie te beoordelen zijn. Het gaat om de volgende criteria: 

    De wil der partijen   

    De partijen zijn vrij om te bepalen of hun arbeidsrelatie wordt uitgevoerd in het kader van een arbeidsovereenkomst of een aannemingsovereenkomst. Deze wil moet primeren op voorwaarde dat zij wordt bevestigd door de concrete uitvoering die zij aan hun verbintenissen hebben gegeven. 

    De gekozen kwalificatie kan niet worden weerhouden als de effectieve uitvoering wijst op feitelijke elementen die niet verzoenbaar zijn met deze kwalificatie. 

    De vrijheid van organisatie van de werktijd en de vrijheid van organisatie van het werk   

    Zijn elementen die wijzen op een arbeidsovereenkomst:  

    • de onmogelijkheid van de betrokkene om vrij zijn tijd te beheren en te organiseren;
    • de verplichting van de betrokkene om zich aan een strikt uurrooster te houden;
    • de verplichting van de betrokkene zijn afwezigheden te melden en te rechtvaardigen;
    • de verplichting van de betrokkene om een bepaald aantal uren te presteren;
    • de verplichting van de betrokkene te luisteren naar bevelen met betrekking tot specifieke taken en richtlijnen na te komen;
    • het feit dat de betrokkene zich niet kan laten vervangen. 

    Zijn elementen die wijzen op een aannemingsovereenkomst:  

    • het feit dat de betrokkene beschikt over een grote graad van vrijheid wat de organisatie en de praktische uitvoering van het werk betreft, zelfs indien men aanvaardt dat algemene richtlijnen kunnen worden gegeven die vereist zijn ingevolge dienstnoodwendigheden;
    • het feit dat de betrokkene niet verplicht is zijn tijdsgebruik te rechtvaardigen;
    • het feit dat de betrokkene vrij is te werken volgens een aantal uren naar keuze;
    • het feit dat de betrokkene vrij is de data van zijn verlof te kiezen;
    • het feit dat de betrokkene zich kan laten vervangen.   

    De mogelijkheid een hiërarchische controle uit te oefenen    

    De uitoefening van de arbeid onder hiërarchische controle, m.a.w. in ondergeschikt verband, vormt een essentieel bestanddeel van de arbeidsovereenkomst

    De controle kan bestendig dan wel sporadisch zijn. 

    De controle moet niet effectief zijn, maar gewoonweg mogelijk zijn. Controle op zich is trouwens niet onverenigbaar met een zekere autonomie in hoofde van de werknemer bij de uitvoering van zijn werk. 

    Voorbeeld: een huisarbeider kan zijn prestaties verrichten in het kader van een arbeidsovereenkomst, ook al is hij niet onderworpen aan de rechtstreekse controle van zijn werkgever. De enkele mogelijkheid om gezag uit te oefenen, meer bepaald om leiding te geven aan de werknemer en toezicht op hem uit te oefenen, hem te controleren en na te gaan op welke wijze hij zijn arbeidsprestaties levert, volstaat. 

    De specifieke criteria  

    De specifieke criteria zijn van toepassing op bepaalde sectoren of beroepen. 

    Deze criteria moeten betrekking hebben op elementen die al dan niet op het bestaan van een gezagsverhouding wijzen tussen de contracterende partijen. Zij kunnen niet afwijken van de algemene criteria en de neutrale criteria die zijn bepaald in de wet. 

    Volgende elementen kunnen bijvoorbeeld als specifiek criterium worden beschouwd: 

    • de mogelijkheid personeel in dienst te nemen;
    • in ruimtes en/of met materiaal werken die in eigen bezit zijn;
    • persoonlijke en substantiële investering in de onderneming met eigen kapitaal;
    • persoonlijke en substantiële deelname in de winsten en verliezen van de onderneming;
    • verantwoordelijkheid en beslissingsmacht over de financiële middelen.  

    Deze criteria worden vastgesteld bij koninklijk besluit dat wordt aangenomen volgens een specifieke procedure

    Tot nog toe werd er geen enkel KB met specifieke criteria in deze zin aangenomen.