Hoofdthema
2023 Analyse van de Belgische gegevens i.v.m. de arbeidsomstandigheden verzameld door EUROFOUND (EWC(t)S 2021)
Jobkwaliteit in België in 2021
Subthema
In dit rapport presenteren we een gedetailleerde analyse van de gegevens voor België die zijn verzameld op basis van de Europese enquête naar de arbeidsomstandigheden 2021 van Eurofound (EWC(t)S 2021).
Een analyse van de jobkwaliteit is om verschillende redenen noodzakelijk. Ten eerste speelt jobkwaliteit een sleutelrol in de economische groei van een land. Als de kwaliteit van de banen in België hoog is, zou dat meer geschoolde werknemers kunnen aantrekken, wat zou kunnen leiden tot een hogere productiviteit en economische groei. Ten tweede kunnen banen van hoge kwaliteit financiële zekerheid en stabiliteit bieden aan individuen en gezinnen, wat hun algemene levenskwaliteit verbetert. Ten slotte kunnen banen van hoge kwaliteit de werktevredenheid en motivatie van werknemers vergroten, wat een positief effect kan hebben op de algemene productiviteit en het moreel op het werk. Naast die algemene overwegingen is het bijzonder relevant om de jobkwaliteit in de context van de COVID-19-pandemie te analyseren.
De enquête van 2021 werd uitgevoerd in de zeer specifieke context van de COVID-19-pandemie tussen maart en november 2021. Voor het eerst werden mensen geïnterviewd via computerondersteunde telefonische interviews, terwijl die voorheen persoonlijk werden afgenomen. Om de telefonische interviews niet te lang te maken, werd de vragenlijst in modules opgedeeld, wat inhoudt dat niet alle respondenten alle vragen beantwoordden. Daarnaast werden sommige vragen geschrapt. Die specifieke kenmerken verklaren waarom het in dit rapport vaak moeilijk was de evolutie van de jobkwaliteit in al haar dimensies te vergelijken en waarom het niet mogelijk was de indicatoren van eerdere studies op identieke wijze te reproduceren.
Timing
2021-2022
Opdrachtgever
Directie van het onderzoek over de verbetering van de arbeidsomstandigheden (DiOVA)
Onderzoeksteam
- HIVA KU Leuven: Laurène Thil, Steven Vanmarcke, Lise Szekér, Karolien Lenaerts & Sem Vandekerckhove
- ECON- KU Leuven: Nick Deschacht & Céline Detilleux
- WOPP-KU Leuven: Hans De Witte
- ULiège: Audrey Babic & Cédric Montagnino
- ULB: Manon Pierrot, Ilan Tojerow & Magali Verdonck
- Interface Demography-VUB: Kim Bosmans, Karen Van Aerden, Julie Vanderleyden & Christophe Vanroelen
Onderzoeksopzet
Doestellingen
De doestellingen zijn het analyseren van de gegevens die Eurofound in België heeft verzameld om de kwaliteit van de arbeidsomstandigheden in België in 2021 te beschrijven. In de mate van het mogelijke zullen de indicatoren die gehanteerd werden bij de analyse van de gegevens van 2010 en van 2015 opnieuw worden gebruikt om de evolutie van de werkomstandigheden sinds 2010 te kunnen vergelijken. Op basis van die indicatoren kon men voor de werknemers verschillende types van kwaliteit van werk in kaart brengen.
Resultaten
Deel 1: In overeenstemming met een grote verscheidenheid aan benaderingen van jobkwaliteit vanuit academisch en beleidsperspectief, kijken we in dit rapport ook vanuit verschillende invalshoeken naar jobkwaliteit. Het eerste deel van het rapport geeft een vrij algemene kijk op de jobkwaliteit, terwijl het tweede deel zich richt op de specifieke verbanden tussen jobkenmerken en de directe of indirecte gevolgen voor de werknemer.
- De jobkwaliteit in België wordt beschreven aan de hand van 28 kenmerken, gebaseerd op het brede conceptuele kader (WTA-model). Vervolgens wordt de jobkwaliteit beoordeeld door vergelijking met de situatie in 2015 (waar mogelijk) en tussen verschillende groepen op de arbeidsmarkt (bv. op basis van geslacht, opleidingsniveau, sector enz.).
- Wat de dimensie ‘werk’ betreft, stellen we in het algemeen een negatieve evolutie vast tussen 2015 en 2021 (zonder rekening te houden met de autonomie op het werk, die niet vergelijkbaar is in de tijd). Met name alle onderzochte risico’s zijn toegenomen. Ook de locatie van het werk is tussen 2015 en 2021 sterk veranderd, met een duidelijke toename van thuiswerken en een sterke afname van werken in de gebouwen van de werkgever. Hier zien we de gevolgen van de COVID-19-pandemie, die veel werknemers dwong thuis te werken, waar hun activiteit dat toeliet.
- Wat de dimensie ‘tewerkstelling’ betreft, zien we een verbetering tussen 2015 en 2021. Het aantal vaste contracten en carrièremogelijkheden is toegenomen. Tussen 2015 en 2021 is ook de aard van de door de werknemers ontvangen opleiding veranderd.
- Voor de dimensie ‘arbeidsverhoudingen’ stellen we voornamelijk een verbetering vast van de participatie en vooral een duidelijke toename van de vertegenwoordiging. De COVID-pandemie kan een stimulans zijn geweest voor het organiseren van vele regelmatige vergaderingen waar werknemers konden worden geïnformeerd over de gevolgen van de pandemie voor hun organisatie en waar ze hun mening konden geven.
- Naast deze algemene - en nogal gemengde - evolutie van de jobkwaliteit tussen 2015 en 2021, nemen we voor specifieke groepen werknemers verschillende trends waar, die deze algemene trend niet volgen.
- Wat de gezondheid van de werknemers betreft, stellen we voor bijna alle onderzochte kenmerken een verslechtering vast. Het aantal werknemers dat zegt dat het werk een (negatieve) invloed heeft op hun gezondheid is toegenomen. Van de 5 kenmerken van psychologisch welzijn hebben er 4 een score die afneemt tussen 2015 en 2021.
- Onze algemene conclusie over het verband tussen werktaken en beroepen is dat de indexen voor fysieke, routinematige en machinale taken meestal hoog zijn voor arbeiders, terwijl die voor intellectuele taken en technologiegebruik hoog zijn voor bedienden. Aangezien het bij de groeiende beroepen voornamelijk gaat om bedienden en bij de afnemende beroepen om arbeiders, stellen we bovendien vast dat de indexen voor intellectuele taken en voor technologiegebruik belangrijker zijn in de groeiende beroepen, terwijl de indexen voor fysieke, routinematige en machinale taken belangrijker zijn in de afnemende beroepen.
- Uit een analyse van latente profielen komen we tot vier type jobs, elk met zijn eigen kenmerken, en schatten we de algemene kwaliteit van deze jobtypes in op basis van de typische kenmerken van elk van hen. De ‘kwalitatief goede job (verzadigd)’ en ‘evenwichtige job’ zijn de twee types met de meeste positieve jobkenmerken. Het type ‘job met weinig autonomie in de werkwijzen’ en het type ‘kwalitatief slechte job’ hebben daarentegen meer negatieve kenmerken.
Het type ‘kwalitatief goede job (verzadigd)’ scoort vaak goed op gezondheid en psychisch welzijn, maar de resultaten zijn genuanceerder voor het type ‘evenwichtige job’, dat minder goed scoort dan het type ‘job met weinig autonomie in de werkwijzen’. Het type ‘kwalitatief slechte job’ scoort het laagst op gezondheid en psychisch welzijn.- Kwalitatief goede job: 38% van de werknemers
- Evenwichtige job: 18% van de werknemers
- Job met weinig autonomie in de werkwijzen: 20% van de werknemers
- Kwalitatief slechte job: 24% van de werknemers
Deel 2: De op basis van de EWC(t)S 2021 beschikbare gegevens maken niet alleen een vrij algemene beschrijving mogelijk van werk en tewerkstelling en de directe en indirecte gevolgen daarvan in België, maar deze rijke gegevensbron biedt ook de mogelijkheid om bepaalde vragen in verband met actuele uitdagingen, problemen en strategische discussies op maatschappelijk niveau nader te onderzoeken en te beantwoorden
- Biomechanische risico’s (MSA):
- Blootstelling:
- 24% van de werknemers zegt dat hun werk vaak of altijd gepaard gaat met pijnlijke of vermoeiende houdingen
- Ongeveer 9% van de werknemers zegt in hun werk vaak of altijd mensen te moeten optillen of verplaatsen
- Ongeveer 18% van de werknemers zegt dat hun werk vaak of altijd gepaard gaat met het dragen of verplaatsen van zware lasten
- Ongeveer 60% van de werknemers zegt dat hun werk vaak of altijd dezelfde bewegingen met de handen of de armen met zich meebrengt.
- Klachten:
- 51% van de Belgische respondenten had de laatste 12 maanden last van rugpijn
- 56% gaf aan spierpijn in de schouders, nek en/of bovenste ledematen te ervaren
- 48% had last van hoofdpijn of vermoeide ogen
- 34% had spierpijn in de onderste ledematen.
- 80% van alle respondenten rapporteerde minimaal één van de bovenstaande klachten
- Bij 58% van de respondenten komt er meer dan één symptoom tegelijkertijd voor.
- Blootstelling:
- Psychosociale risico’s (PSR):
- Mentaal welzijn:
- Het mentaal welzijn van de Belgische werknemers wordt in de EWC(t)S 2021 gemeten via de zelfbeoordelingsvragenlijst WHO-5 (mentaal) Well-Being Index (Topp et al., 2015). Ongeveer 7% van de respondenten geven aan zich de laatste twee weken mentaal “helemaal niet” of “soms” goed te voelen
- Prevalentie van uitputting en bevlogenheid:
- Van alle respondenten die op de vragen over uitputting "vaak" of "altijd" antwoorden, zegt ongeveer een derde (32%) zich aan het eind van de werkdag lichamelijk uitgeput te voelen, en ongeveer 15% (14,7%) voelt zich emotioneel uitgeput door hun werk.
- In termen van bevlogenheid scoren zij veel hoger: tussen 77% en 83% voelt zich energiek op het werk, is enthousiast over het werk en heeft het gevoel dat de tijd snel voorbijgaat als zij aan het werk zijn.
- Mentaal welzijn:
- Antisociaal gedrag:
- Bent u in de voorbije 12 maanden tijdens uw werk het slachtoffer geworden van intimidatie of pesten of geweld?: 9% ja (3% in 2015)
- Gedurende de voorbije maand, bent u tijdens uw werk onderworpen aan verbaal geweld of bedreigingen?: 11% ja (13% in 2015)
- Gedurende de voorbije maand, bent u tijdens uw werk onderworpen aan ongewenste seksuele aandacht?: 2% ja (2% in 2015)
- Wat de gezondheid betreft, stellen we vast dat werknemers van 55 jaar en ouder gemiddeld minder gezondheidsproblemen hebben dan hun collega’s van 35-44 en 45-54 jaar (behalve pijn in de beenspieren). Waarschijnlijk hebben oudere werknemers met frequentere gezondheidsproblemen de arbeidsmarkt voortijdig verlaten, via een regeling voor brugpensioen of een ziekte- en invaliditeitsverzekering. Hetzelfde geldt voor psychologisch welzijn en werktevredenheid. Gezondheid, psychologisch welzijn en werktevredenheid zouden de beslissing om aan het eind van de loopbaan te blijven werken dus sterk kunnen beïnvloeden, misschien zelfs meer dan de jobkwaliteit. Maatregelen ter verbetering van die dimensies zouden de vervroegde uittreding uit de arbeidsmarkt kunnen verminderen.
- Het niveau van jobonzekerheid in 2021 is lager: in 2015 was 15% van de respondenten onzeker over hun job, terwijl dit in 2021 ‘slechts’ 11% was.
- Wat de gevolgen betreft, komt jobonzekerheid naar voren als een duidelijke factor van psychosociale risico’s op het werk. Jobonzekerheid hangt samen met een verlaging van werkgerelateerd welzijn (zoals bevlogenheid), en een toename van negatieve fenomenen zoals uitputting of het ervaren van werkgerelateerde gezondheidsrisico’s.
- Wat de gevolgen betreft, komt jobonzekerheid naar voren als een duidelijke factor van psychosociale risico’s op het werk. Jobonzekerheid hangt samen met een verlaging van werkgerelateerd welzijn (zoals bevlogenheid), en een toename van negatieve fenomenen zoals uitputting of het ervaren van werkgerelateerde gezondheidsrisico’s.
- Precaire arbeid blijkt sterk ongelijk verdeeld te zijn in de Belgische samenleving. De hoogste concentratie van precariteit zien we bij jongere werknemers, laagopgeleiden, werknemers in dienstverlenende en uitvoerende industriële beroepen en in de transport, bouw en dienstensector. Verder is er een duidelijk verband tussen precaire arbeid enerzijds en jobkenmerken verbonden aan de uitvoering van arbeidstaken anderzijds. Met andere woorden, precaire werknemers worden ook vaker blootgesteld aan nadelige intrinsieke arbeidskenmerken, zoals fysische risico’s, een gebrek aan vaardigheden en discretie in hun job en een negatieve sociale werkomgeving.
- Tot slot zien we ook verbanden tussen precaire arbeid en de gezondheid en het welzijn van werknemers. Zo hebben werknemers in een precaire werksituatie veel vaker te kampen met jobonzekerheid en rapporteren ze ook vaker slecht mentaal welzijn.
Publicaties
Jobkwaliteit in België in 2021
La qualité de l’emploi et du travail en Belgique en 2021
Job and work quality in Belgium in 2021
- HIVA KU Leuven: Laurène Thil, Steven Vanmarcke, Lise Szekér, Karolien Lenaerts & Sem Vandekerckhove
ECON- KU Leuven: Nick Deschacht & Céline Detilleux
WOPP-KU Leuven: Hans De Witte
ULiège: Audrey Babic & Cédric Montagnino
LB: Manon Pierrot, Ilan Tojerow & Magali Verdonck
Interface Demography-VUB: Kim Bosmans, Karen Van Aerden, Julie Vanderleyden & Christophe Vanroelen- Jobkwaliteit in België in 2021: Tweetalig algemeen Rapport, 2023 (PDF, 6.02 MB)
- Résumé (FR), Samenvatting (NL), Summary (EN), 2023 (PDF, 841.37 KB)
Contactpersoon
Alain Piette, Europese Ergonoom
Adviseur , FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, AD Humanisering van de Arbeid
Directie van het onderzoek over de verbetering van de arbeidsomstandigheden (DiOVA)
Ernest Blerotstraat 1, 1070 Brussel
e-mail: alain.piette@emploi.belgique.be