1998 - Tolerantiefactoren bij ploegenarbeid

Hoofdthema

Ploegenarbeid en flexibele werkuren

Werken buiten de normale daguren, op atypische uren, stelt problemen zowel voor de werknemer als voor de werkgever. Het bioritme is uit fase met slaapproblemen en gezondheidseffecten.

Er is een weerslag op het sociale leven.Wat is het effect op de prestaties en de productiviteit? Hoe een goed uurrooster kiezen?

Subthema

Tolerantiefactoren

Timing

Gepubliceerd in 1998

Opdrachtgever

NOVA (nu DiOVA)

Onderzoeksteam

Dr. Robert Léonard

Onderzoeksopzet

Wie verdraagt beter of moeilijker ploegenarbeid?
Welke ploegensystemen worden beter verdragen?

Resultaten

Tolerantievermogen is afhankelijk van:

  • de persoonlijke constitutie: 1/4 niet, 1/4 met ongemakken, 2/4 tamelijk
  • moeilijker vanaf 45 jaar
  • eigen circadiaans ritme heeft invloed
  • introvert pre-neurotisch moeilijker
  • plasticiteit van slaapgewoontes
  • voedingsgewoontes
  • gezondheidstoestand
  • familiale factoren

Betere ploegensystemen:

  • vast of wisselend
  • voorwaartse rotatie beter dan achterwaartse
  • aantal dagen per ploeg
  • begin- en einduur van de ploeg

Publicatie

Robert LEONARD (1998).Werk en tijd: Ploegenarbeid en flexibele werkuren (pp.117-131). Brussel: NOVA

U kunt deze publicatie raadplegen: Werk en tijd. Ploegenarbeid en flexibele uurroosters.

Bijkomende inlichtingen

Indien u meer informatie wenst over dit onderzoek of de publicaties, neem dan contact op met de Directie van het Onderzoek over de Verbetering van de Arbeidsomstandigheden (DIOVA), E. Blerotstraat 1 - 1070 Brussel, alain.piette@werk.belgie.be.