Verslag Hoge Raad voor de Werkgelegenheid: Stand van zaken en perspectieven op de arbeidsmarkt in België en in de gewesten

Gepubliceerd op

De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid maakt een positieve balans op van de recente ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, maar wijst ook op de risico’s die zich opstapelen en de dringendheid om hier onmiddellijk een antwoord op te bieden. Op basis van zijn analyse doet de Raad aanbevelingen om de voorwaarden te scheppen voor een inclusieve en banenrijke arbeidsmarkt.

De arbeidsmarkt doorstond de COVID-19-crisis beter dan verwacht en groeit aan een hoog ritme...

Een recordaantal van ruim 5 100 000 mensen was aan het werk in het eerste kwartaal van 2022. De tijdelijke werkloosheid en het overbruggingsrecht worden aanzienlijk minder gebruikt. Het aantal niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) bedroeg vorig jaar 464 000, dat is het laagste niveau sinds het begin van de jaren negentig.

...maar kampt met een tekort aan arbeidskrachten en de risico's op korte termijn nemen toe.

Door het herstel vinden steeds meer werkgevers moeilijk de werknemers die ze nodig hebben om hun activiteiten te ontplooien. Dat zien we in de meeste sectoren en in alle gewesten. Het aantal vacatures piekt. Dat heeft een impact op de positieve dynamiek van de arbeidsmarkt. Die wordt bovendien bedreigd door de onzekerheden in verband met de oorlog in Oekraïne en de gevolgen daarvan, met name voor bepaalde leveringen en voor de ontwikkeling van de prijzen. In België heeft de inflatiestijging de arbeidskosten in ongekende mate doen toenemen via de indexeringsmechanismen. Het concurrentievermogen van de ondernemingen neemt af ten opzichte van de producenten in het buitenland, waar de lonen niet automatisch aan de inflatie worden aangepast. De risico's op middellange termijn voor de werkgelegenheid zijn reëel.

De stijgende prijzen hebben ook een maatschappelijke impact. De automatische indexering van de lonen en sociale uitkeringen samen met de overheidsmaatregelen beschermen de koopkracht van de meeste gezinnen in ruime mate. Toch zijn sommigen slechter af. Dit is het geval voor werknemers van wie het loon aan het begin van het jaar wordt geïndexeerd en die dus nog niet zijn gecompenseerd voor de huidige sterke stijging van de inflatie, en voor gezinnen met lage en gemiddelde inkomens die geen aanspraak kunnen maken op het sociale tarief voor energie.

De structurele uitdagingen die de vooruitgang naar volledige werkgelegenheid in de weg staan, moeten onverwijld worden aangepakt

De krapte op de arbeidsmarkt, die nog is verergerd door de conjunctuur, remt de economische activiteit af en vormt een bedreiging voor de werkgelegenheidscreatie. Het tekort heeft meerdere oorzaken. Het kan voortvloeien uit een gebrek aan voldoende kandidaten, een mismatch tussen de competenties die de werkgevers eisen en die de sollicitanten hebben, weinig aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden op het vlak van lonen, arbeidsomstandigheden en arbeidszwaarte, enzovoort. Het is ook te wijten aan de geringe geografische en functionele mobiliteit van de beroepsbevolking in België.

Een andere cruciale uitdaging voor de Belgische arbeidsmarkt bestaat erin de groep deelnemers aan de arbeidsmarkt uit te breiden. De arbeidsparticipatie van de bevolking op arbeidsleeftijd moet  omhoog om de vooropgestelde 80 % werkgelegenheidsgraad tegen 2030 te halen. Daarvoor is een werkgelegenheidscreatie van ruim 600 000 banen nodig en een ongekende mobilisatie van de momenteel inactieve bevolking. Alle groepen zullen daaraan moeten bijdragen, ook de groepen die momenteel ondervertegenwoordigd zijn op de arbeidsmarkt: vrouwen, kortgeschoolden, niet-EU-onderdanen, jongeren onder 25 jaar en 55-plussers.

De derde uitdaging bestaat erin de beroepsbevolking toe te rusten met de juiste vaardigheden om aan de voortdurend veranderende behoeften van de arbeidsmarkt te voldoen. Ons land staat bekend om de hoge kwaliteit van zijn arbeidskrachten, en die wordt bereikt door zowel initiële als permanente opleiding. We moeten die troef koste wat kost in stand houden.

Aanbevelingen: er moet dringend gehandeld worden

De overwegend gunstige ontwikkelingen op werkgelegenheidsvlak mogen de zich opstapelende structurele problemen en risico's niet verhullen. De Raad luidt de alarmbel: tegen een achtergrond van grote onzekerheid zijn de uitdagingen voor de werkgelegenheid immens en de tijd dringt. Hij herhaalt zijn pleidooi voor een aanpak die gebaseerd is op dialoog tussen de bevoegdheidsniveaus. De Raad roept de sociale partners op om opnieuw de constructieve houding aan te nemen die hen in staat heeft gesteld ons model van sociale bescherming mee vorm te geven.

Aanbevelingen rond drie onderling verbonden thema’s: krapte, opleiding en activering

Wat de krapte op de arbeidsmarkt betreft, zou de Raad graag zien dat meer gebruik wordt gemaakt van de formules waarbij een onderneming een werknemer in dienst neemt en zich ertoe verbindt hem of haar de nodige opleiding voor de job aan te bieden. De overheidsdiensten voor arbeidsbemiddeling moeten prioriteit geven aan opleiding voor knelpuntberoepen. Jongeren en hun ouders moeten worden geïnformeerd over de werkgelegenheidskansen die technische en wetenschappelijke richtingen bieden opdat de perceptie van deze beroepen zou verbeteren.

Het is van essentieel belang een toekomstgerichte visie op de behoeften aan competenties te ontwikkelen. Door deze visie regelmatig te updaten, zullen het opleidingsaanbod, de inhoud en de leermethoden kunnen worden bijgestuurd. Permanente opleiding is een hefboom voor integratie. Daarvoor moeten aangepaste leermethoden en professionele begeleidingsdiensten worden ontwikkeld. Er moet meer worden ingezet op de validatie van de vaardigheden die buiten het traditionele onderwijssysteem worden verworven.

Wat activering betreft, is het huidige beleid ontoereikend of onaangepast. Voor sociale-uitkeringstrekkers moeten de rechten en plichten om werk en opleiding te zoeken in evenwicht zijn. Werken moet financieel aantrekkelijker worden gemaakt. Onze lasten op arbeid liggen ver boven het Europese gemiddelde, al vanaf de laagste inkomens. De Raad beveelt aan onverwijld over te gaan tot een algemene hervorming van de lasten op arbeid. In de tussentijd kan sneller worden gehandeld met de bestaande instrumenten. De werkbonus voor de laagstbetaalden zou kunnen worden uitgebreid, waarbij erover moet worden gewaakt dat er geen promotievallen ontstaan.

Er zijn nog andere belemmeringen voor de arbeidsmarktparticipatie. De Raad wijst onder meer op discriminatie, de beschikbaarheid en toegankelijkheid (met name betaalbaarheid) van kinderopvang, de vereisten inzake werkervaring of diploma's, langere loopbanen, mobiliteit en gezondheidsproblemen. Ook deze belemmeringen zullen moeten worden aangepakt om een werkgelegenheidsgraad van 80 % te bereiken in minder dan tien jaar.

Het verslag is beschikbaar op de website van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid.