Inspectiecampagne: bijna 50% van de inbreuken die op bouwplaatsen werden vastgesteld, hadden te maken met het risico op vallen van hoogte

Gepubliceerd op

Op dinsdag 11 juni 2024 voerde de arbeidsinspectie (Toezicht op het Welzijn op het Werk) van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg inspecties uit op in totaal 174 bouwplaatsen. Deze inspecties werden uitgevoerd over het gehele grondgebied en daarbij was er een verhoogde aandacht voor ernstige veiligheids- en gezondheidsrisico’s op bouwplaatsen, o.a:

  • Het risico op vallen van hoogte;
  • Gebreken aan steigerconstructies;
  • De risico’s van bouwputten;
  • De risico’s van blootstelling aan kwartsstof.

Op 174 bouwplaatsen werden 452 inbreuken vastgesteld. Door middel van 206 inspectieproducten werden deze inbreuken kenbaar gemaakt aan de aannemers.

Onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling van de 206 producten die door de inspectie op 11 juni 2024 werden opgemaakt.

De diagram toont vier verschillende categorieën, elk gelabeld als “PRODUCTEN”. De verdeling is als volgt:  De grootste sectie, in het grijs, vertegenwoordigt 53% en is gelabeld als “bevel” De op één na grootste sectie, in oranje, vertegenwoordigt 44% en is gelabeld als “schriftelijke waarschuwing.” Een dunne gele sectie vertegenwoordigt 2% en is gelabeld als “pv” De kleinste sectie, in blauw, vertegenwoordigt 1% en is gelabeld als “corrigerend advies”Er werden 110 bevelen opgesteld (53%). Door middel van een bevel kan een arbeidsinspecteur bepaalde activiteiten of het gebruik van machines e.d. stopzetten. De activiteiten die op 11 juni 2024 voornamelijk werden stopgezet waren onveilige werken op hoogte en het bewerken van bouwmaterialen zonder enige bescherming tegen het inademen van het daarbij vrijkomende kwartsstof.

Daarnaast werden 90 schriftelijke waarschuwingen opgemaakt (44%). Door middel van een waarschuwing wordt de aannemer gewezen op bepaalde onveilige toestanden.

Binnen de 452 vastgestelde inbreuken zijn er enkele inbreuken die opvallen, nl. het risico op vallen van hoogte en allerlei gebreken aan steigerconstructies, welke dan ook kunnen leiden tot een val van hoogte. Daarnaast staat de blootstelling aan kwartsstof op de derde plaats.

Onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling van de inbreuken:

De diagram toont verschillende categorieën van overtredingen, elk gelabeld met een percentage en een bijbehorende kleur. Dit is de verdeling: Risico op vallen van hoogte: 25%, Gebreken aan steigers: 24%, Geen PM kwartsstof: 12%, Geen bewijs basisveiligheid (steekproef): 9%, Onveilige toegangswegen: 7%, Geen keuring: 5%, Geen of onvoldoende sociale voorzieningen: 4%, Geen dracht ndz. PBM: 3%, Risico's bouwputten: 3%, Verkeerd gebruik ladder: 2%, en 6% voor een andere categorie zonder label49% van de vastgestelde inbreuken had te maken met het risico op vallen van hoogte, nl:

  • 24% door gebreken aan steigerconstructies (onvolledige vloeren, ontbrekende leuningen, ontbrekende diagonalen, geen of onvoldoende verankering, …)
  • 25% door het ontbreken van collectieve beschermingen (bv. leuningen) aan randen van open verdiepingen, vloeropeningen, dakranden, …

12% van de vastgestelde inbreuken had betrekking op het bewerken van kwartshoudende bouwmaterialen (zoals: baksteen, snelbouwsteen, beton, …) zonder enige bescherming tegen het inademen van het daarbij vrijkomende kwartsstof. Blootstelling aan dergelijk procesmatig gegenereerd inadembaar stof kan leiden tot allerlei longziektes en zelfs tot longkanker. Bouwmaterialen kunnen veilig bewerkt worden door in eerste instantie gebruik te maken van watertoevoer of stofafzuiging om het vrijgekomen stof respectievelijk neer te slaan of op te vangen.

Conclusie

Bijna 50% van de inbreuken die op 11 juni 2024 op bouwplaatsen in België werden vastgesteld, hadden te maken met het risico op vallen van hoogte. Ofwel ontbrak de beveiliging tegen vallen van hoogte geheel of gedeeltelijk, ofwel waren de gebreken aan steigerconstructies zodanig dat er risico was om van de steiger te vallen.

Vallen van hoogte is oorzaak nummer 1 van de meest ernstige arbeidsongevallen, nl. de dodelijke arbeidsongevallen en de arbeidsongevallen met een blijvend letsel tot gevolg.

Daarnaast had 12% van de inbreuken betrekking op het bewerken van kwartshoudende bouwmaterialen zonder gebruik te maken watertoevoer of stofafzuiging op de slijpschijf, zaagmachine, boormachine, …

Daar waar de gevolgen van een val van hoogte onmiddellijk zichtbaar zijn, zullen de schadelijke gevolgen van blootstelling aan kwartstof meestal pas op latere leeftijd echt voelbaar zijn. Die schade is evenwel irreversibel en ook al is de blootstelling aan kwartstof gestopt, de beschadiging van de longen zet zich onverminderd door.