Het laboratorium voor arbeidshygiëne is een onderdeel van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk. Het voert analyses en metingen uit op vraag van de arbeidsinspecteurs of in het kader van een eigen meetcampagne. Met de publicatie van de nieuwe Europese asbestrichtlijn in 2023 bereidt het laboratorium zich voor op de overschakeling naar elektronenmicroscopie.
Dimitri De Coninck: Het Laboratorium voor arbeidshygiëne is een onderdeel van de Algemene Directie Toezicht Welzijn op het Werk. Wij zijn een klein team van elf personen met een wetenschappelijke achtergrond. Wij geven hoofdzakelijk advies of ondersteuning aan de inspecteurs op vlak van arbeidshygiëne. De hoofdopdrachten van het laboratorium zijn eigenlijk het uitvoeren van analyses en metingen op een rechtstreekse vraag van de inspecteurs of in het kader van een eigen meetcampagne. De aanwezige apparatuur binnen het laboratorium laat ons toe om de meest courante chemische agentia te gaan meten. Om een aantal voorbeelden te geven, dit kan gaan van asbest, metalen, lasrook, houtstof, kwartsstof tot en met ook bijvoorbeeld organische solventen in de lucht. Het Laboratorium voor arbeidshygiëne voert jaarlijks minstens één meetcampagne uit naar de blootstelling van werknemers en de controle van de naleving van de wettelijke grenswaarden. Deze campagnes zijn voornamelijk gefocust op de zogenaamde CMR-stoffen. Dat zijn carcinogene, mutagene en reprotoxische stoffen. Zo hebben we in 2023 een meetcampagne georganiseerd naar de blootstelling aan uitlaatgassen van dieselmotoren. Activiteiten waarbij men kan worden blootgesteld aan uitlaatgassen van dieselmotoren zijn carcinogeen. Dus in dat kader biedt een uniforme benadering door één onafhankelijk overheidslaboratorium een goede garantie tot het bekomen van betrouwbare analyseresultaten die representatief zijn voor de blootstelling van werknemers. Het strategisch plan 2022-2024 van de FOD Werkgelegenheid vereist dat alle opdrachten die voortvloeien uit haar missie doeltreffend worden uitgevoerd en met de hoogst mogelijke kwaliteit. In dit kader doet de FOD Werkgelegenheid beroep op een geïntegreerd kwaliteitsmanagementsysteem dat gebaseerd is op verschillende internationale normen. Met de publicatie van de nieuwe Europese asbestrichtlijn in 2023 die een nieuwe lagere Europese grenswaarde invoert voor asbest, moeten we verplicht overschakelen naar elektronenmicroscopie voor de bepaling van de asbestblootstelling. Elektronenmicroscopie is een meer gevoelige methode dan de huidige optische methode die binnen het laboratorium wordt gebruikt, en waarvoor we ook geaccrediteerd zijn. Dus de publicatie van de richtlijn heeft ook een grote impact op de eigen werking van het laboratorium, aangezien we zelf ook zullen moeten overschakelen naar elektronenmicroscopie. Als toezichthoudende overheid dienen we ook het goede voorbeeld te geven en dus al te starten met de overschakeling en op die manier ook de nodige expertise op te bouwen die nodig is in het kader van onze opdracht in het verlenen van erkenningen. In die zin hebben we voorzien dat we in 2024-2025 de meetcampagnes van het laboratorium zullen worden georiënteerd naar asbest om vertrouwd te worden met deze nieuwe methode en de monsternemingen in dit kader.